Veilig gebruik van roltrappen gedeelde verantwoordelijkheid

Regelmatig gebeuren er ongevallen met roltrappen, ondanks het feit dat ze voldoen aan de normen ervoor. Dit komt vooral voor in warenhuizen waarbij opvallend is dat hierbij regelmatig kinderen bij betrokken zijn. Beheerder en adviseur Grontmij Ι Technical Management (GTM) vraagt in dit artikel aandacht voor deze zorgelijke ontwikkeling en geeft ook tips hoe ouders, maar ook eigenaren en beheerders van roltrappen in warenhuizen, ongevallen kunnen voorkomen.

Dave van Rijn is projectleider afdeling Beheer en Onderhoud van GTM. Hij geeft aan dat dit bedrijf het technisch beheer verzorgt voor onder andere warenhuizen. Daar zijn veel roltrappen te vinden. Geen wonder, want roltrappen kennen geen wachttijden en geven de bezoekers die erop staan een mooi overzicht van het assortiment in de winkel. Hij benadrukt dat ongevallen met roltrappen meestal niet te maken hebben met de techniek, maar vooral met onveilig gebruik of niet-optimale omstandigheden rondom een roltrap. “Het bewustmaken van alle partijen van de gevaren van roltrapgebruik en het terugbrengen van mogelijke oorzaken van ongevallen, is cruciaal. GTM wil aan dit onderwerp dan ook in breed opzicht publiciteit geven, met de focus op voorlichting naar de ouders. Elk ongeval dat hiermee kan worden voorkomen, is er één.”

Ouders aanspreken op verantwoordelijkheid

Van Rijn is namelijk van mening dat de primaire verantwoordelijkheid voor het voorkómen van ongevallen met kinderen bij de ouders ligt. “Vooral kleine kinderen zijn snel afgeleid en zich niet van mogelijke gevaren bewust. Als ouders hen niet bij de hand nemen naar en op de roltrap of niet goed toezien op veilig gedrag van kinderen op of bij de roltrap, kan het snel fout gaan. Ik ben zelf vader en spreek andere ouders ook wel eens aan op in mijn ogen onveilig gedrag van henzelf of hun kinderen. Dat wordt me niet altijd in dank afgenomen, maar is voor mij geen reden om het niet te doen.” Zijn collega Evert Nagel, technicus Beheer en Onderhoud Transporttechniek, doet precies hetzelfde. “Een kind ontsnapt zó aan je aandacht. Vooral beknellingen bij de inloop van de trede (kamplaatbeveiligingen), tussen treden en de sokkelbeplating en bij de leuningbanden komen voor, met alle pijnlijke gevolgen van dien. Ook is er valgevaar, bijvoorbeeld als kinderen op een onbewaakt moment op de leuningband klimmen of hierop getrokken worden doordat bepaalde kledingstukken aan de rubber leuningband kunnen kleven. En stap nooit met een kinder- of wandelwagen de roltrap op. Ook in dat geval breng je je kind onnodig in gevaar.”

Veiligheidsmaatregelen door eigenaren/beheerders

Voor eigenaren en beheerders is het geen optie om roltrappen vanwege de gevaren maar uit warenhuizen te ‘verbannen’, stellen Van Rijn en Nagel. “Zij kiezen juist bewust voor roltrappen om de doorstroming en de ‘routing’ door de winkel te bevorderen. Als er een roltrap stilstaat, merken ze dit vaak direct aan hun omzet.” Ze denken echter wél dat eigenaren en beheerders ook maatregelen kunnen nemen om de veiligheid van roltrapgebruikers te bevorderen. “Bij Harrod’s in Londen zijn er – net als op veel luchthavens – bijvoorbeeld paaltjes voor de roltrap gezet, zodat de doorloopbreedte wordt beperkt en er geen karren of kinderwagens meer op de roltrap kunnen komen. Op zich is dat een goede oplossing, maar het moet niet in strijd zijn met de geldende regelgeving (vrije ruimte bij op/afstapplaatsen). Ook zouden eigenaren van warenhuizen ervoor moeten zorgen dat hun beveiligingsmensen en verkooppersoneel een oogje in het zeil houden en gebruikers aanspreken op mogelijk gevaarlijk gedrag bij of op roltrappen.”

Ruimte bij opstap- en afstaptrede vrijhouden

Verder raden ze aan om dichtbij een roltrap niet allerlei artikelen neer te zetten die de aandacht van roltrapgebruikers kunnen afleiden. “Voor de warenhuizen is dat misschien commercieel interessant, maar voor de veiligheid van het winkelend publiek en de bereikbaarheid van de roltrap niet. Er kunnen hierdoor bijvoorbeeld opstoppingen ontstaan of er blijven juist kinderen rond de roltrap hangen of spelen.” Als laatste stellen ze voor om te zorgen voor een duidelijke verwijzing, vlakbij de roltrappen, naar liften. “Hierdoor kunnen mensen met een kinder- of wandelwagen snel zien waar ze moeten zijn en zullen ze waarschijnlijk niet toch de roltrap nemen.”

Tips op technisch gebied

Nagel geeft desgevraagd aan dat alle roltrappen die in beheer zijn bij GTM voldoen aan de wettelijke eisen, volgens de norm NEN-EN 115. Ze worden ook altijd om de anderhalf jaar gekeurd, ondanks dat dit niet wettelijk verplicht is. “Bij deze keuringen wordt altijd gekeken of de installatie veilig is en het onderhoud goed is uitgevoerd.” Volgens hem en Van Rijn zijn er echter voor fabrikanten en onderhoudsfirma’s ook zeker mogelijkheden om, naast de wettelijk vereiste zaken, een nóg veiliger roltrapgebruik te bereiken. Als voorbeeld van een technische oplossing noemen ze het aanbrengen van een lightspeedsysteem voor roltrappen, waarmee klemgevaar op roltrappen kan worden voorkómen. “Dit systeem kan worden gemonteerd bij de sokkels of de kamplaat van de roltrap, of bij de omloopbogen aan de voorzijde van de leuningband. Als op dit systeem langdurige druk of bovenmatig gewicht ontstaat en dus waarschijnlijk sprake is van beklemming of onjuist gebruik, zou de roltrap zichzelf moeten uitschakelen. Je kunt dit vergelijken met lichtlijsten bij liften. Een andere, minder fraaie, oplossing kan zijn om vangnetten naast roltrappen te monteren, die kinderen of andere gebruikers die van de roltrap vallen, kunnen opvangen. Ook het aanbrengen van opklimbeveiliging op de balustrade van de roltrap kan valgevaar wegnemen.” Volgens hen zouden normalisatiecommissies ook een belangrijke rol kunnen spelen bij het doorvoeren van dit soort veiligheidsmaatregelen.

Pictogrammen opvallender en duidelijker

Een laatste tip die ze hebben voor fabrikanten, onderhoudsfirma’s en beheerders is om de pictogrammen bij roltrappen die aangeven waarop gebruikers moeten letten duidelijker te maken en meer te laten opvallen. Van Rijn laat een voorbeeld zien van de plaatsing van grote pictogrammen op een glazen roltrapbalustrade. “Dat is al een stuk duidelijker. Nu ziet 99% van de gebruikers de pictogrammen helemaal niet.” Hij geeft aan dat sommige warenhuizen erover nadenken om over te gaan op ‘verbodspictogrammen’, met een duidelijke streep door wat niet is toegestaan, in plaats van de huidige ‘gebodspictogrammen’. “Ook dát kan helpen om de boodschap duidelijker over te brengen.”

Topje van de ijsberg

De geïnterviewden denken dat waar het gaat om gepubliceerde ongevallen slechts sprake is van ‘het topje van de ijsberg’. “Uit een onderzoek van de Stichting Consument en Veiligheid blijkt dat op basis van ziekenhuisopnamen jaarlijks 550 mensen op de spoedeisende hulp worden opgenomen naar aanleiding van ongevallen met roltrappen.”